|
Overzicht
verschillende dichtvormen
Kwatrijn
Een kwatrijn is een gedicht dat uit vier regels bestaat. Het verwoordt vaak een korte levenswijsheid. Er wordt meestal een rijmschema gebruikt, en dit kan zowel gepaard (aabb), gekruist (abab) als omarmend (abba) zijn.
Sonnet of klinkdicht
Vanaf de dertiende eeuw raakte het sonnet als lyrische versvorm in gebruik. De Nederlandse benaming is wel 'klinkdicht' of 'klankdicht'. Er bestaan twee soorten sonnetten.
Het Italiaanse sonnet
Dit bestaat uit twee kwatrijnen (samen het octaaf) en twee terzetten (samen het sextet). Tussen het octaaf en het sextet zit vaak een wending in het gedicht (de volta of chute); een tegenstelling, omkering, conclusie, o.i.d.
Er zijn verschillende vaste rijmschema’s in gebruik geweest (oorspronkelijk moest dat zijn: abba abba cdc dcd).
Het Shakespeariaanse sonnet
Deze vorm werd door Shakespeare veel gebruikt: drie kwatrijnen en een distichon. De wending ligt dan voor het distichon; in de laatste twee regels wordt een conclusie gegeven. Het rijmschema was oorspronkelijk: abab cdcd efef gg.
Het sonnet kende zijn bloeitijd in de Renaissance en later tijdens de Beweging van Tachtig. Vele bekende dichters maakten sonnettencyclussen (reeksen samenhangende sonnetten); bijv.: Dante (Beatrice) en Petrarca (Laura). Ook in Nederland zijn zulke cyclussen bekend, bijv.: Jacques Perk (Mathilde) en Gerrit Achterberg (Ballade van de gasfitter).
Rondeel
Bestaat uit acht versregels met slechts twee rijmklanken. Binnen het gedicht worden regels letterlijk herhaald. R1, 4 en 7 zijn aan elkaar gelijk; evenals r2 en 8. Veel gebruikt bij de Rederijkers (15e, 16e eeuw).
Ballade of refrein
Slotregel van alle strofes is gelijk; strofes hebben identieke rijmklanken. Eveneens veel gebruikt bij de Rederijkers (15e, 16e eeuw).
Naamdicht of acrostichon
De beginletters van de strofen of van de regels vormen een naam.
Ketendicht
Slotwoord van een regel rijmt op beginwoord volgende regel.
Puntdicht (epigram)
Kort gedicht met een geestige pointe. Vaak woordspelingen.
Limerick
Puntdicht met een vaste vorm. Vijf regels met een vaste versvoet en lengte en vast rijmschema (aabba).
Haiku
Drie regels van achtereenvolgens exact 5, 7 en 5 lettergrepen. Geen rijmschema of versvoet. Traditiegetrouw natuur als onderwerp. Versvorm afkomstig uit Japan.
Ollekebolleke
Versvorm geïntroduceerd door Drs. P. Twee kwatrijnen, elke regel bestaat uit een dubbele dactylus. R4 rijmt op r8. De eerste regel is een uitroep. De zesde regel bestaat uit 1 woord (dat is dus een woord dat uit een dubbele dactylus moet bestaan).
Vrij vers / dynamisch vers
Geen vaste strofelengte, regellengte, metrum of rijmschema. De dichter kan de vorm van het gedicht geheel bepalen; veel ruimte om een betekennisvolle vorm te maken die de inhoud van het gedicht ondersteunt, weergeeft of volgt.
Visuele poëzie
Typografie illustreert de inhoud van het vers.
Meer versvormen
Website met tientallen versvormen (waaronder: dominorijm, ballade-vormen, rondeel-vormen, refreindichten, sonnet-afgeleiden, stanza's, enz.)
|
|