Bijlage: Beeldspraak bij Hadewijch
Professor Reyneart omschrijft 'beeldspraak' in mystieke teksten heel algemeen als: "het geheel van de aanschouwelijke elementen in een tekst" (Beeldspraak, 1981). Op basis van het 16e mengeldicht bespreekt hij als eerste vijf beelden die belangrijk zijn voor Hadewijchs mystiek:
band, licht, kool, vuur en dauw (of levende bron of afgrond).
Deze beelden staan niet los van elkaar, maar ze vertonen een samenhang in Hadewijchs beschrijving van God, het toeneigen van God naar de mens, en de mystieke eenwording. In deze samenhang is Ruusbroecs beschrijving te herkennen van licht, warmte en het vervolmaken van licht en warmte. Het schema eindigt met het goddelijke donker, dat zowel bij Hadewijch als Ruusbroec gesitueerd wordt in de diepte van de a-persoonlijke godheid.
xxx staan in traditie .. volgt
prof.dr. J. Reynaert (Beeldspraak, 1981).
Mystieke beeldspraak bij Hadewijch
Gebruikte beelden voor God, het toeneigen van God naar de mens, en de mystieke eenwording.
band
|
|
ligatio
|
|
verbinden
|
|
|
licht
|
|
illuminatio
|
|
verlichten
|
|
(licht, inzicht, rede)
|
kool
|
|
imitatio
|
|
navolgen
|
|
|
vuur
|
|
assimilatio
|
|
opnemen
|
|
(warmte, minne, wil)
|
dauw of
bron/afgrond
|
|
unio
|
|
eenworden
|
|
(koel en donker)
|
Bron: J. Reynaert, De beeldspraak van Hadewijch (1981), blz. 177.
* * * * *
Deze bijlage hoort bij de cursus Middeleeuwse mystiek, bij de bijeenkomst:
nr. Hadewijch: link volgt
en
7a. Ruusbroec: Gods beeld en gelijkenis.
* * * * *
Volg de hele cursus Middeleeuwse mystiek in de Lage Landen online:
|