RozemarijnOnline




Cursus
middeleeuwse mystiek





 • Over de docente
 • Reacties cursisten
 • Literatuurlijst
 • Teksten mystici

























Cursus over christelijke spiritualiteit
in een cultuur-historische context



Middeleeuwse mystiek in de Lage Landen

De geloofs- en denkwereld van Hadewijch en Jan van Ruusbroec


Rozemarijn van Leeuwen
© 1999-2001



<     >



Hadewijch, visioen II en III:  net als God de minne zijn



Teksten bij de cursus Middeleeuwse mystiek


In de cursus Middeleeuwse mystiek in de Lage Landen lezen we delen uit Hadewijchs tweede en derde visioen.

De Middelnederlandse tekst is overgenomen uit de uitgave: Werken van zuster Hadewijch, editie J. Vercoullie. Deel 2, Proza (Gent, 1895). Diplomatische uitgave naar de handschriften A, B en C. Op dbnl.org.

De hertaling naar hedendaags Nederlands: De visioenen van Hadewijch. Vertaald en van commentaar voorzien door P. Mommaers (Nijmegen/Brugge, 1979). Spiritualiteit deel 15, 2 dln.

De witregels staan niet in de oorspronkelijke tekst, maar zijn toegevoegd voor de leesbaarheid.



Inhoud van het tweede en derde visioen


Hadewijch stelt zichzelf twee vragen: wat is minne en wie is minne?
Zij komt dan tot God en krijgt inzichten van Hem.

Door de wegen van de minne te gaan, door het goddelijke in zichzelf te volbrengen, door minne te zijn, zoals God minne is, zal zij 'ghebrukelik' kunnen gaan ervaren wie God is. Als je leeft vanuit die minne, de minne bent, dan kun je aan God de gehele 'godheid' brengen.



Bespreking in cursusbijeenkomst


In de vierde bijeenkomst van de cursus Middeleeuwse mystiek in de Lage Landen worden fragmenten uit Visioen II en III besproken:
4b. Hadewijch: vergoddelijking en bruidsmystiek.

Terug naar het overzicht met teksten bij de cursus:
Teksten van de middeleeuwse mystici Hadewijch en Ruusbroec.



©  Copyright onderstaande tekst


Het is niet toegestaan om onderstaande tekst over te nemen of een deeplink naar deze pagina aan te brengen. Zie toelichting bij 'copyright' onderaan deze pagina.





Hadewijch, visioen II en III:  net als God de minne zijn

Middelnederlands (l) en hertaling hedendaags Nederlands (r).





II

Het was op enen cinxendach dat ic den heilighen geest alsoe ontfinc, dat ic verstont alle den wille der minnen in allen ende al die seden vanden wille der hemele ende der hemelscher ende al die volcomenheit der volmaecter gherechtecheit ende alle ghebreke der verlorenre ende alle dier willen die ic sach, in welken si waren van waerheiden ende van loghenen.

Ende ye sider ghevoeldic aldus der minnen van allen dien die ic sach in alsoe velen alse si waren. Ende doe verstondic oec alle die redenen diemen sprect in lxxij. manieren. Die menechfoldecheit van al desen wesenen es mi sere onscuult ende verstilt. Mer dat staren enechleke in heme, ende die berrentheit der minnen ende die waerheit sijns selves willen, diene blessceden noch en sweghen noch en laghen nye sider in mi.

Te voren vore dien tijt woudic altoes weten; in al minen doene peinsdic ende seidic emmer: wat es minne ende wie es minne. in dit te pleghene haddic ij. jaer gheweest.


∗ ∗ ∗


Hadewijch, visioen II.

Bron Middelnederlandse tekst: Werken van zuster Hadewijch, editie J. Vercoullie. Deel 2 (Gent, 1895).



 
 



II

Het was op een pinksterdag. Ik ontving de heilige Geest zo dat ik inzicht kreeg in de gehele wil der minne, hoe hij namelijk in alles is. Ik verstond al de wijzen waarop de wil der hemelen en der hemelingen zich uit; heel de volkomenheid van de volmaakte gerechtigheid en al de tekorten van wie verloren gaan. En van elke wil die ik zo zag, begreep ik in hoeverre hij waarheid of leugen was.

Sedertdien voelde ik altijd op die manier al de minnenden die ik zag, zo talrijk als ze waren. En toen verstond ik al de talen die men spreekt - de tweeënzeventig. Van de menigvuldigheid van al deze wijzen ben ik nu ontdaan, zij is in mij verstild. Maar Hem uitsluitend aan te zien en het in brand staan door de minne en de waarheid van zijn wil - dat alles werd sedertdien in mij niet gedoofd, het kwam niet tot zwijgen of bedaren.

(r. 16) Vroeger, voor die tijd, wilde ik, bij al wat ik deed, altijd maar iets te weten komen. Ik vroeg me namelijk af en voortdurend zei ik: Wat is minne en wie is minne? Twee jaar lang was ik daarmee bezig geweest.


∗ ∗ ∗


Hadewijch, visioen II.

Bron hertaling: P. Mommaers, De visioenen van Hadewijch (1979).




III

Daer na een paesdaghes wasic te gode ghegaen, ende hi ontfinc mi van binnen mine sinne ende nam mi in den geeste ende voerde mi in dat aenscijn des heylighen geests, die den vader ende den zone in enen wesene hevet. Ute dien ghehelen wesene dies aenscijns ontfinc ic alle verstannessen ende soe lasic alle mine vonnessen.

Ende ene stemme ute dien aenscine luudde alsoe vreseleke alse over al ghehoert ende si seide te mi: Sich hier, oude die op mi gheroepen heves ende ghesocht wat ende wie ic minne ben dusentech jaer vore der menscen gheboerte, Sich ende ontfanc minen geest van allen bekinne wat icker minne in ben.

Ende alse du mi di volbringhes puer mensche in mi selven dore alre weghe van volre minnen, Soe saltu mijns ghebruken, wie ic minne ben. Tote dien dage saltu minnen, wat ic minne ben, ende dan saltu minne sijn alsoe ic minne ben. Ende dune salt niet men leven dan dat ic minne ben in dienen daghen toter doet dattu levende werdes; met mire enecheit ontfinghestu mi ende ic hebbe di ontfaen. vare ende leve dat ic ben, ende comt weder ende bringhet mi ghehele godheit ende ghebruket wie ic ben.

ende doe quamic weder in mi selven ende verstont al dat ic te voren seide, ende bleef starende in mijn herteleke soeteleke lief.


∗ ∗ ∗


Hadewijch, visioen III.

Bron Middelnederlandse tekst: Werken van zuster Hadewijch, editie J. Vercoullie. Deel 2 (Gent, 1895).



 
 

III

Daarna, op een paasdag, was ik tot God gegaan. Hij omvatte mij van binnen, in mijn vermogens, en nam mij op in de geest. En hij voerde mij in het aanschijn van de heilige Geest, die één wezen is met de Vader en de Zoon. Uit dit gehele wezen ontving ik alle inzichten en las ik elk vonnis over mij af.

En uit dat aanschijn klonk een stem, zó vreselijk, dat ze boven alles uit gehoord werd. Zij sprak tot mij: "Kijk hier oude, gij hebt om mij geroepen en gevraagd wie ik minne ben (wie de minne is die ik ben), die ik ben eeuwen reeds voordat de mens bestond. Kijk en ontvang mijn Geest en ontdek dan in alles hoe Ik er minne in ben.

(r. 13) En als gij mij in jou volbrengt, louter mens in mij, door al de wegen van de volkomen minne te gaan, dan zult ge 'ghebrukelik' ervaren wie Ik ben die minne ben. Tot die dag zult gij beminnen de wijze waarop ik liefde ben. Gij zult minne zijn, zoals Ik minne ben. Gij zult, niet minder dan ik, een leven leiden dat minne is en dit al uw dagen tot aan uw dood, de dag waarop ge levend wordt. Met mijn eenheid ontvangt gij mij en ik heb u ontvangen. Ga en leef wat ik ben en kom terug en breng mij de gehele godheid, en ervaar dan 'ghebrukelik' wie ik ben".

En toen kwam ik weer in mijzelf en ik begreep al wat ik tevoren gezegd had en ik bleef de zoete Geliefde van mijn hart aankijken.


∗ ∗ ∗


Hadewijch, visioen III.

Hertaling: P. Mommaers, De visioenen van Hadewijch (1979).






Copyright

Bovenstaande tekst wordt behandeld tijdens de cursus Middeleeuwse mystiek in de Lage Landen, door Rozemarijn van Leeuwen (1999-2001).

©  Het is niet toegestaan om bovenstaande tekst digitaal of in druk over te nemen en/of te publiceren.


Deze pagina staat niet openbaar online

Deze pagina is, in verband met auteursrecht, verborgen voor zoekmachines (met 'noindex') en dus niet openbaar vindbaar. Deze pagina wordt door de zoekmachines niet geïndexeerd en is daardoor niet vindbaar met zoekopdrachten.

De tekst is nadrukkelijk alleen bedoeld als onderdeel van en achtergrond bij de cursus Middeleeuwse mystiek en enkel en alleen van daaruit te bereiken. Alle interne links op deze website hebben de 'nofollow'-tag in de html-code, om de directe onvindbaarheid van deze pagina verder te waarborgen.


Niet linken naar deze pagina

Het is niet toegestaan om rechtstreekse deeplinks aanbrengen naar deze pagina en zo de directe online vindbaarheid te vergroten.

Link uitsluitend naar de betreffende cursusbijeenkomst, waarin bovenstaande tekst wordt geciteerd en toegelicht.

Naar de betreffende cursusbijeenkomst: 4b. Hadewijch: vergoddelijking en bruidsmystiek.



∗         ∗         ∗




Volg de hele cursus Middeleeuwse mystiek in de Lage Landen online:

    voor de pauze (achtergrond) na de pauze (teksten lezen)
  1 De Middeleeuwen Wat is mystiek?
  2 Het middeleeuwse wereldbeeld Hadewijch: visioen en mystiek
  3 Het leven van Hadewijch Hadewijch: wegen naar God
  4 Vrouwen in de Middeleeuwen Hadewijch: bruidsmystiek
  5 Het leven van Jan van Ruusbroec Ruusbroec: het werkende leven
  6 De verschrikkelijke 14e eeuw Ruusbroec: het innige leven
  7 Gods beeld en gelijkenis Ruusbroec: om Hem te ontmoeten




<     >